Monday, January 24, 2011

Mensen leven in hun schil.


Mensen leven in hun schil, letterlijk binnen de fysieke
oppervlakte van hun huid. Die begrenzing wordt door velen fysiek
en psychisch als absoluut ervaren. Deze ervaring vormt ons beeld
van onszelf en van de wereld om ons heen: de medemensen, de natuur,
de kosmos. Naar dat beeld gedragen we ons. We voelen ons als
afgescheiden van ‘de rest van de wereld’ en gedragen ons er ook naar.
Dit beeld van begrenzing geldt ook voor allerlei innerlijke delen van
onszelf, zoals onze organen, cellen, DNA. We vormen ons een beeld
en zijn zo gefocust op dat beeld dat we na een tijd niet meer beseffen
dat het niet echt is, maar een interpretatie. Het buiten jezelf
waarnemen van details en verschillen is een functie van de linker
hersenhelft. Het geheel waarnemen, gevoeligheid en instinctieve vermogens,
zijn functies van de rechter hersenhelft. Het is duidelijk dat
deze laatste samen met onze fysieke capaciteiten bij ons ‘moderne,
westerse’ mensen in vergelijking met dieren zeer beperkt ontwikkeld
zijn. Uit onderzoek blijkt dat er ook een opmerkelijk verschil is in hoe
mensen uit het Oosten en mensen uit het Westen de wereld om hen
heen waarnemen. Terwijl westerlingen focussen op een object in een
ruimte (detail), zullen oosterlingen eerder de ruimte met alles daarin
waarnemen (het geheel). Door onze overmatige focus op het externe
gaat ook een steeds groter deel van onze levensenergie zich nestelen
in dingen die zich buiten ons lichaam en onze nabije levenscirkel
bevinden. Met als gevolg een groot verlies aan vitaliteit.
Maar het kan dus ook anders. Stel je voor: je kunt helemaal aanwezig
zijn, met je aandacht binnen in je lichaam, verbonden met je kern
van leven. Je lichaam is dan ontspannen, open, soepel en vitaal. Je
kunt zo omgaan met het alledaagse leven zonder je erin te verliezen.

No comments:

Post a Comment